Papieren logboek
“Als ik terugdenk aan mijn beginjaren bij COA, denk ik weleens aan een Iraakse weg- en waterbouwkundige die ik destijds in Haarlem begeleidde. Elke ochtend klopten we bij hem op de deur en vroegen: ‘Ben je al wakker? Heb je al gedoucht?’ Zijn afspraken planden wij voor hem in en hielden we nauwgezet bij in een papieren logboek. Die man vloog bijna tegen de muren aan van verveling. Natuurlijk was hij prima in staat geweest zelf zijn leven te plannen. Dat deed hij in Irak ook. Maar het COA bepaalde toen wat goed was voor bewoners. Het leven binnen het azc leek weinig op dat erbuiten.”
Uniformer werken
“In 2001 veranderde er veel. Toen kwam er een nieuwe, strengere, vreemdelingenwet en gingen we nauwer samenwerken met onder meer de IND en de Vreemdelingenpolitie. In dezelfde periode ging ook de opvang op de schop. Tot die tijd had elke locatie bijvoorbeeld een eigen directeur en een eigen werkwijze. Nu kwam er eenheid. Werkprocessen werden centraal vastgelegd waardoor locaties uniformer gingen werken. Als ik nu inlog op m’n computer, zie ik in een paar muisklikken hoe hoog de bezettingsgraad hier is en kan ik dat vergelijken met andere locaties.”
Veilig en leefbaar
“Ik zeg weleens tegen sollicitanten:als je hier komt om vluchtelingen te redden, dan brand je snel op. Want dat is niet onze taak. Het COA moet zorgen voor een veilige, leefbare opvang voor asielzoekers. En als manager ben ik in dit azc in Amsterdam eindverantwoordelijk voor die taak. Mijn takenpakket is afwisselend, van het aansturen van het team tot het betalen van rekeningen en overleggen met samenwerkingspartners. Je werkt met mensen, dat is het leuke aan werken in een azc. Er gebeuren onverwachte dingen. Geboortes. Een kind dat zijn pols breekt op de naastgelegen BMX-baan. Het is hier nooit saai.”
Participatie en integratie
“In de taakomschrijving van het COA staat ook dat we bewoners begeleiden naar een toekomst hier of buiten Nederland. Participatie en integratie staan centraal. Bij aankomst starten we meteen met de begeleiding bij taal, werk, opleiding en het opbouwen van een netwerk. Zelfredzaamheid vinden we belangrijk. We willen dat het leven hier lijkt op dat erbuiten.”
Samenwerken
“Voor de participatie en integratie werken we intensief samen met partners, zoals VluchtelingenWerk. Doordat zij een kantoortje hebben in dit gebouw, kunnen bewoners er makkelijk terecht met hun vragen. Maar ook voor het activiteitenaanbod ben ik meer gaan samenwerken met andere organisaties. Zij hebben kennis en tools die wij zelf niet hebben. Ik heb nu zelfs bijna alles uitbesteed: meer dan 40 organisaties komen hier over de vloer.”
Amsterdamse Aanpak Statushouders
“Ik werk ook intensief samen met de gemeente. Sinds 2017 werken wij volgens de ‘Amsterdamse Aanpak Statushouders’. Die moet ervoor zorgen dat statushouders zo snel mogelijk een baan krijgen. Ze worden gekoppeld aan een coach en volgen een intensief begeleidingstraject. Het COA verzorgt de eerste 3 maanden. We brengen bijvoorbeeld in kaart wat kwalificaties en talenten van statushouders zijn.”
Koffiebar 5, the Coffee Connect
“Een mooi voorbeeld van een project dat we samen met de gemeente oppakten, is de oprichting van onze koffiebar ‘5, the Coffee Connect’, naast de hoofdingang van het azc. Buurtbewoners kunnen binnenlopen voor een kop koffie of meedoen met activiteiten. Onze bewoners runnen het tentje. Een aantal van hen wordt zelfs opgeleid tot barista. Hoe mooi zou het zijn als die straks cappuccino’s maken in een hippe Amsterdamse koffietent?”
Zelfredzaamheid
“Met mijn kennis en blik van nu kan ik me bijna niet voorstellen dat wij als het COA ooit voor onze bewoners dachten. En hun afspraken in een papieren logboek bijhielden. Dat wij ons nu focussen op zelfredzaamheid en bewoners voorbereiden op hun toekomst, zou zoveel beter hebben gepast bij die Iraakse weg-en waterbouwkundige die ik in mijn beginjaren bij het COA begeleidde.”
Menno Schot is locatiemanager van azc Amsterdam-Willinklaan en werkt vanaf 1998 voor het COA.
Dit verhaal is gepubliceerd in november 2019.