Als docent Nederlands als tweede taal (NT2-docent) bij het COA werk je in een azc om bewoners op weg te helpen met de Nederlandse taal. Zo bereid je de asielzoekers met een verblijfsvergunning voor op hun toekomst in Nederland. Je kijkt waar jouw klassen behoefte aan hebben, maakt passende lesprogramma’s voor verschillende niveaus en gaat samen met de cursisten aan de slag. Iets voor jou? Kom dan werken bij het COA! Voor jouw toekomst, en die van een ander.
Als NT2-docent bij het COA bestaat je werk uit veel meer dan lesgeven. Dat zie je maar weer op een dag als deze:
Werken als een team
Je start je dag met al je collega’s. Met het volledige team van het azc bespreken jullie wat er speelt. Sommige collega’s maken zich zorgen om een bewoner. Ze lijkt wat afwezig en vragen hoe jij hiernaar kijkt. Jij spreekt de bewoners namelijk meerdere uren per week en kent ze daardoor goed. Gelukkig kan je je collega’s geruststellen, het gaat goed met haar. Na het overleg ga je naar je leslokaal. Daar bekijk je nog even welke activiteiten je gister hebt voorbereid en zoekt nog wat nieuwe afbeeldingen om over te praten. Dan is het tijd om te beginnen met je lessen!
Handen, voeten en een beetje Nederlands
De les in de ochtend vraagt veel van je creativiteit. De taalbarrière tussen jou en je cursisten is groot, dus ga je in de weer met plaatjes en probeer je zoveel mogelijk uit te beelden. Het is voor iedereen zoeken, maar jullie begrijpen elkaar steeds beter. Je ziet steeds meer blije gezichten in het lokaal nu iedereen de vraag “hoe gaat het?” kan verstaan. In de middag heeft je les een hoger niveau en praat je deels in het Engels en deels in het Nederlands met je cursisten. Je hebt allerlei producten uit de supermarkt meegenomen, zodat ze kunnen oefenen met boodschappen doen in het Nederlands. Er hangt een gezellige sfeer in het lokaal en aan het eind van de les wensen jullie elkaar een fijne avond. Dat gaat al goed! Je praat nog even na met een cursist en dan ga je met een voldaan gevoel richting huis.
“Ik bouw echt een band op met de bewoners, dat is heel bijzonder”